De klank van mijn land. Dun glas geblazen, gefused, beschilderd, 31 op 20cm
|
‘Enkele mensen’
Wisława Szymborska (Uit: Einde en begin ‘ verzamelde gedichten p 339) Enkele mensen op de vlucht voor enkele mensen. In een of ander land onder de zon en enkele wolken. Ze laten achter wat van hen is, een of ander alles, bezaaide velden, enkele kippen en honden, spiegeltjes waarin nu het vuur zich spiegelt. Ze hebben kruiken en bundels op hun rug, elke dag leger, elke dag zwaarder. In stilte voltrekt zich iemands niet meer verder kunnen, onder kabaal iemands wegrissen van iemands brood en iemands schudden aan zijn dode kind. Voor hen ligt een of andere weg die nooit de goede is, altijd de verkeerde brug over een rivier die vreemd roze kleurt. Ergens in de buurt schoten, dichterbij of verder weg, in de lucht een of ander vliegtuig dat wat rondcirkelt. Een soort onzichtbaarheid zou hier van pas komen, een grauwe steenachtigheid, of nog beter een soort nergens-zijn voor enige tijd, kort of misschien lang. Er zal nog wel iets gebeuren, alleen waar en wat. Iemand zal hun tegemoetkomen, alleen wanneer en wie, in hoeveel gedaanten en met wat voor bedoelingen. Als hij kan kiezen, wil hij misschien geen vijand zijn en zal hij hen in een of ander leven laten. ---------- |